Debuutroman 2024 van Koos, shortlisted voor de Libris Literatuurprijs 2025. Kwam het tegen bij Bijleveld in Utrecht eind maart. Prachtig rauw en scherp observerend geschreven, vol emotie.

Ik associeer dit boek met Homo Faber (1957) van de Zwitserse schrijver Max Frisch (1911-1991). Dat las ik als tiener eerder als handleiding voor het onderdrukken van emotie, maar in de wetenschap dat dat zich zou wreken. Rouwdouwers las ik vol mededogen. Ik las het uit op een bijzonder heldere aprildag vliegend boven de golf van Biskaje op weg naar Lissabon, denkend over wat thuis (kunnen) komen betekent.

Digitale autonomie klinkt mooi en noodzakelijk. In de praktijk maken product managers en IT-managers keuzes op andere gronden dan ‘autonomie’. Een klassiek geval van een weging moeten maken tussen iets dat abstract is (‘autonomie’), versus iets dat veel concreter en vertrouwder is voor degene die een beslissing neemt (‘total cost of ownership’ bijv.). Bij digitale ethiek zie ik dat ook vaak, en in wegingen t.a.v. de AVG ook. Het concrete wint het dan meestal van het abstracte of algemene. Omdat je verschillende categorieën van dingen aan het vergelijken bent en we daar slecht in zijn.

Hoe maak je digitale autonomie tastbaar genoeg om het op directieniveau besproken te krijgen? Door de te vergelijken aspecten wel vergelijkbaar te maken. Recent kreeg ik een inkijkje in hoe dat binnen een grote uitvoeringsorganisatie is gegaan.

Startpunt was de probleemstelling: de keuze voor bepaalde digitale diensten o.b.v. louter financiële en technische factoren leidt tot afhankelijkheden. Dit introduceert operationele en financiële kwetsbaarheden, omdat er beslissingen buiten de eigen organisatie kunnen worden genomen die rechtstreeks de eigen primaire operationele processen stil kunnen leggen.

Het digitale stapelmodel uit de Digitale Open Strategische Autonomie (DOSA, 2023 Ministerie van Economische Zaken) is als hulpmiddel bij de analyse ingezet.

Het stapelmodel maakt onderscheid in lagen, van grondstoffen onderin via infrastructuur naar data en applicaties.

De analyse keek naar twee assen op elk van die lagen: is de organisatie ervan of niet? doet de organisatie het zelf, of doen ze het niet zelf?

In dit geval is de organisatie zelf op het vlak van data en toepassingen zeer actief, en dat behoort ook tot de kern van wie ze zijn. Maar ze besteden ook veel uit. In mindere mate geldt hetzelfde voor ‘zachte infrastrctuur’. Ze zijn niet van de harde infra, en hardware, en al helemaal niet van grondstoffen, en doen daar ook vrijwel niets zelf.

En wat was de verandering in de afgelopen jaren?

In bovenstaande plaatje zie je dat er op de vlakken van data, applicaties en zachte infrastructuur meer is uitbesteed in de afgelopen jaren. Daarbij is men ook zelf veel blijven doen m.b.t. data en applicaties, maar op het vlak van zachte infrastructuur is men minder zelf gaan doen en zijn bepaalde activiteiten gestopt.

Om afhankelijkheden te verminderen (m.n. daar waar je ‘er van bent’ maar wel veel uitbesteed), kun je benoemen of je de verandering wilt omkeren, en of je dat samen met anderen wilt doen. In onderstaande plaatje bijvoorbeeld, zelf volledig op de data focussen, t.a.v. applicaties zelf veel blijven doen, minder uitbesteden en meer samenwerken in de keten, en t.a.v. zachte infrastructuur minder zelf doen, meer samenwerken in de keten, en minder uitbesteden.

Hieruit volgen in een discussie makkelijker elementen van een uitvoerbare strategie, en concretere afwegingen t.a.v. inkoopvereisten die je aan anderen stelt, kennisontwikkeling in de organisatie, en samenwerkingsverbanden met ketenpartners.

In reply to SPARK! Toon random kennis in Obsidian by Frank Meeuwsen

Leuk Frank! Ik heb het nog niet geprobeerd of bekeken, maar ik ga dit denk ik proberen te gebruiken om een random quote uit mijn map van web clippings te halen en af te beelden bovenin mijn Daglog. Om op die manier blootgesteld te worden aan dingen die ik al een keer bewaarde. Je vraagt naar aanvulling: zou je in plaats van een map ook naar een enkel bestand kunnen wijzen? Bijvoorbeeld naar de annotaties van een boek dat ik net las, zodat ik dat als het ware verder verwerk door toevallige interactie er mee.

… op mijn Obsidian homepage laad ik continu een random paragraaf uit de Tao Te Ching. Door op een button te klikken verandert de paragraaf en kan ik naar het origineel doorklikken voor verdere studie. Ik maakte hiervoor een eigen script…. Kun je hier iets mee? Zo ja, waar gebruik je het nu voor?

Frank Meeuwsen

Gisteravond was de 6e meet-up van Nederlandstalige Obsidian gebruikers. Net als de editie van afgelopen december vond deze meet-up plaats onder de vlag van de Digitale Fitheid community en de KNVI (Koninklijke Nederlandse Vereniging van Informatieprofessionals).
De vorige keer was ik een van de facilitators, dit keer was de begeleiding in handen van Martijn Aslander en Lykle de Vries. Dat gaf mij gelegenheid meer inhoudelijk mee te doen, en dat was prettig.

Het recept was hetzelfde als wat Marieke van Vliet en ik de vorige keer improviseerden: aanwezigen droegen aan het begin een onderwerp aan, en vervolgens mocht iemand telkens iets kiezen uit de lijst (maar niet het eigen onderwerp). Zo komt een divers lijstje onderwerpen tot stand, en zorg je ervoor dat een bredere groep aan het woord komt.

Iemand vroeg of je Obsidian ook op een USB stick kunt draaien. Dat je je vault op een stick hebt, en dan op systemen waar Obsidian staat die kunt openen inclusief alle plugins etc. Ik stelde voor dat ter plekke te proberen, en het antwoord lijkt ja te zijn. Deed me denken aan de wiki-on-a-stick experimenten die ik lang geleden deed rondom het ‘patchwork portal‘, waarbij wiki’s met een lokale kleine webserver op een stick werden uitgedeeld waar anno 2005 nog geen of heel weinig internet verbinding was.

Ik was zelf benieuwd of mensen n.a.v. de PKM Summit in maart meer zijn gaan doen met de visuele technieken die Zsolt Viczián met zijn Excalidraw plugin toen liet zien. Met name was ik geïnteresseerd in of mensen bestanden tegelijkertijd als tekst en als visueel element gebruiken (hier uitgelegd door Nicole van der Hoeven). Twee deelnemers lieten het e.e.a. zien. Zelf heb ik een sneltoets voor het schakelen tussen tekst en visueel ingesteld, maar dat zag ik hen niet doen. Dat zegt me dat ze die switch weinig maken. Ik zal er zelf eens iets over schrijven in meer detail, met twee recente voorbeelden hoe dat waardevol voor me was en heel prettig en wrijvingsloos voelde.

Maarten den Braber was een van de aanwezigen die liet zien hoe hij bepaalde zaken in zijn workflow automatiseert, vanuit hetzelfde principe dat ik hanteer: geen dingen doen die uniek zijn voor Obsidian, je moet altijd ook met je platte tekst bestanden uit de voeten kunnen. Hij liet de PDF++ plugin zien, en die moet ik zeker eens onderzoeken en vergelijken met hoe ik momenteel Zotero gebruik.

Muhammed Kilic liet zien hoe hij over meerdere apps heen dezelfde tags, links en indexes gebruikt. Hij noemde daarbij hoe ik dat ook doe in mijn hypothes.is annotaties (links naar bestaande notes, taken, tags opnemen waardoor het in Obsidian meteen in context staat), maar liet zien dat hij dat ook in Zotero doet. Dat doe ik niet in mijn annotaties daar, en toen hij het liet zien vroeg ik me af waarom eigenlijk. Ik link wel vanuit Obsidian naar Zotero, maar in mijn annotaties verweef ik in Zotero mijn notes en tags veel minder. Eens over nadenken, en uitproberen.

Tot slot merkte ik dat het in een groepsgesprek als dit lastig is om min of meer standaard ook te laten zien wat je beschrijft. Je moet je dan maar voorstellen wat iemand daadwerkelijk doet, ipv het te zien. Voelen we ons kwetsbaar in het tonen van onze tools en werkwijzen? Het aantal malen dat ‘tell’ ook met ‘show’ werd ondersteund was daardoor beperkt, en dat is jammer vind ik. Voor een volgende keer zou het ook leuk zijn om in plaats van over aspecten te praten eens iets van ieders gehele implementatie te zien, en daar vragen over te stellen.